Anneke is door haar dochter in contact gekomen met het vrijwilligerswerk binnen De Rembrandthof. In eerste instantie werd ze na een intakegesprek gekoppeld aan de kapsalon. Daarbij haalde zij cliënten op vanaf de woning en bracht ze naar de salon. Maar dat werk gaf haar niet genoeg voldoening. ‘Ik miste het echte contact.’ Al gauw bleek dat Anneke makkelijk contact maakte met de bewoners op de woongroep. Hierdoor stelde de begeleider welzijn toen voor of Anneke liever individueel met bewoners in gesprek wilde gaan. Er waren zeker twee bewoners die hier behoefte aan hadden. Zo komt Anneke nu iedere woensdag even buurten in de huiskamer. Hier bespreekt ze samen met de begeleider welzijn hoe het met iedereen gaat en wat ze die ochtend kan betekenen. De ene keer is dat bijvoorbeeld samen gezellig een boek lezen en de andere keer mee naar de gym.De reden dat Anneke behoefte kreeg om vrijwilligster te worden van leeftijdsgenoten heeft te maken met de buurt waar Anneke woont. In haar woonwijk verhuizen er steeds meer ouderen en komen er jonge gezinnen te wonen met kinderen. Anneke en haar man zijn de enige ouderen in de straat. Hierdoor ontstond het gemis in het contact met mensen van haar eigen leeftijd. ‘De jongeren in de straat hebben geen boodschap aan de verhalen over vroeger. Ik merk het zelfs bij mijn dochter, zij zegt al snel bij een verhaal over vroeger, ‘‘ja dat was vroeger.’’